<=
Index
=>
Flash cards Apprendre 1
Klik op Volgende / Omdraaien voor een nieuw woord, of om te kijken of je de vertaling kent. Als je een woord kent kun je op Verwijder klikken om hem uit de stapel te halen.
Volgende / Omdraaien
Verwijder
la pomme de appel le pain het brood le melon de meloen les légumes (m) de groente la viande het vlees le poulet de kip la salade de sla, de salade le riz de rijst les fruits (m) het fruit, de vruchten le sel het zout la crêpe de pannenkoek, het flensje la tomate de tomaat le sucre de suiker le poivron de paprika le jambon de ham le concombre de komkommer le fromage de kaas le poivre de peper l'eau (v) het water la glace het ijs, het ijsje le vin de wijn le lait de melk le beurre de boter l'oeuf (m) het ei le café 1. de koffie 2. het café le verre het glas la bouteille de fles
<=
Index
=>