Flash cards Apprendre 5

Klik op Volgende / Omdraaien voor een nieuw woord, of om te kijken of je de vertaling kent. Als je een woord kent kun je op Verwijder klikken om hem uit de stapel te halen.
zin hebben omavoir envie de
lenen aanprêter à
het bankpasjela carte
genoegassez
ik ben het zatj'en ai marre
blutfauché
ik ben verschuldigd, ik moetje dois
tiens
het werk, het baantjele (petit) boulot
de maandle mois
de boerderijla ferme
verkochtvendu
het fruit, de vruchtenles fruits (m)
de groenteles légumes (m)
jullie wetenvous savez
dat is de moeite waardça vaut la peine
je zou kunnentu pourrais
nodig hebbenavoir besoin de
mogenavoir le droit
verdienengagner
inderdaaden effet
het beginle début