Flash cards 10a: spreken nl-fr

Klik op Volgende / Omdraaien voor een nieuw woord, of om te kijken of je de vertaling kent. Als je een woord kent kun je op Verwijder klikken om hem uit de stapel te halen.
onschuldiginnocent
bejaardâgé
borstpoitrine (v)
gezichtvisage (m)
kinmenton (m)
liplèvre (v)
wenkbrauwsourcil (m)
bewegenbouger
blijven staanrester debout
overeenkomst, gelijkenisressemblance (v)
fantasieimagination (v)
houdingattitude (v)
afwachtenddistant
nieuwsgierigcurieux
wantrouwigméfiant
wijs, verstandigsage
zelfingenomenprétentieux
donkerfoncé
droogsec, sèche
gekaptcoiffé
gespierdmusclé
gladlisse
kaalchauve
innemendcharmant
krullendfrisé
vetgras
glimlachensourire
lengtetaille (v)
tintteint (m)
verzorgensoigner
zelfstandigindépendant
zoveeltant
afgesprokenentendu
huishoudenménage (m)
strengsévère
in de steek latenabandonner
aandachtig kijken naarobserver
band, gordelceinture (v)
gebaargeste (m)
gewichtpoids (m)
vrouwelijkféminin
mannelijkmasculin
voorzichtigprudent
zich verheugense réjouir
verhoudingrelation (v)
zijn beroep uitoefenenexercer
tekenendessiner
stripbande dessinée (v)
heldhéros (m)
heldinhéroïne (v)
oorlogguerre (v)